Liturgie van het Woord

van 12e zondag

door het jaar B

zondag 23-06-2024

 

eerste lezing: Job 38, 1.8-11
Hier breken uw trotse golven.

Uit het boek Job.

In die tijd begon de Heer, in storm en wind

tot Job te spreken: “Waar was je toen de zee haar poorten beukte, onstuimig los wilde breken uit de moederschoot; toen Ik haar kleedde in wolken en hulde in windels van wolkenslierten; toen Ik haar paal en perk stelde, de poort vergrendelde en zei: Tot hier en niet verder, hier breken uw trotse golven?”

  • Woord van de Heer. – Wij danken God.

tussenzang: Ps.107 (106), 23-24, 25-26, 28-29, 30-31

Refrein:
Brengt dank aan de Heer, want Hij is goedgunstig,
barmhartig is Hij altijd.

Zij scheepten zich in om de zee op te gaan,
om handel te drijven over het water.
Zij ondervonden de macht van de Heer,
zijn grootheid boven de kolkende afgrond.

Hij sprak en er gierde een stormwind aan,
die zweepte de golven op;
Ze rezen omhoog en zonken weer neer,
ze waren verlamd van ontzetting.

Toen riepen zij tot de Heer in hun nood
en Hij bevrijdde hen uit hun ellende.
Hij deed de storm tot een briesje bedaren
en bracht de golven tot rust;

Hij gaf hen kalmte en nieuwe moed
en bracht hen in veilige haven.
Zij moeten de Heer voor zijn goedheid danken,
voor al zijn weldaden jegens de mensen.

tweede lezing: 2 Kor. 5, 14-17

Het nieuwe is al gekomen.

Uit de tweede brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Korinte.

Broeders en zusters, de liefde van Christus laat ons geen rust sinds wij hebben ingezien dat Een is gestorven voor allen. Maar dan zijn allen gestorven!
En Hij is voor allen gestorven opdat zij die leven niet meer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem die ter wille van hen is gestorven en verrezen.
Daarom beoordelen wij voortaan niemand meer naar de oude maatstaven. En al hebben wij Christus ooit op zulke wijze beoordeeld, dan nu toch niet meer.
Zo is dus wie in Christus is een nieuwe schepping:
het oude is voorbij, het nieuwe is al gekomen.

  • Woord van de Heer. – Wij danken God.

vers voor het evangelie: cf. Hand. 16, 14b

Alleluia. Maak ons hart ontvankelijk, Heer,
opdat wij de woorden van uw Zoon zouden begrijpen.
Alleluia.

evangelie: Mc. 4, 35-41
Wie is Hij toch, dat zelfs wind en water Hem gehoorzamen?

Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus.

Op een dag, tegen het vallen van de avond, sprak Jezus tot zijn leerlingen: “Laten we oversteken.” Zij stuurden het volk weg en namen Hem mee zoals Hij daar in de boot zat; andere boten begeleidden Hem.
Er stak een hevige storm op en de golven sloegen over de boot zodat hij al vol liep. Intussen lag Hij aan de achtersteven op het kussen te slapen. Ze maakten Hem wakker en zeiden Hem: “Meester, raakt het U niet dat wij vergaan?” Hij stond op, richtte zich met dwingend woord tot de wind en sprak tot het water: “Zwijg stil!” De wind ging liggen en het werd volmaakt stil.
Hij sprak tot hen: “Waarom zijt gij zo bang?
Hoe is het mogelijk dat ge nog geen geloof bezit?”
Zij werden door een grote vrees bevangen en vroegen elkaar: “Wie is Hij toch, dat zelfs wind en water Hem gehoorzamen?”  – Woord van de Heer. – Wij danken God.

Nguồn: https://dionysiusparochie.nl/lectionaria/deel-b-door-het-jaar/12e-zondag-door-het-jaar-b/

Bezinning:   “Een hevige storm brak los”

 

Wij varen ook over een meer, waar wind en storm is; de dagelijkse verleidingen van deze wereld werpen onze boot bijna omver. Hoe komt dat, behalve omdat Jezus slaapt? Als Jezus niet in jou sliep, dan zou je bij deze stormen niet ondergaan, maar dan zou je genieten van een grote innerlijke rust, omdat Jezus met jou waakt.
Wat wil dat zeggen dat Jezus slaapt? Dat betekent dat jouw geloof in Jezus in slaap is. De stormen over het meer komen op: je ziet dat het kwaadwillenden goed gaat en dat de goeden lijden; dat is een verleiding, een botsing tussen twee stromen. En je zegt in je ziel: “O God, is dat nu uw gerechtigheid, dat het de kwaadwillenden goed gaat en dat de goeden overgelaten worden aan het lijden?” Ja, je zegt tegen God: “Is dat nu uw gerechtigheid?” En God antwoordt jou: “Is dat nou jouw geloof? Wat heb Ik je immers beloofd? Ben je christen geworden opdat het je goed gaat in deze wereld? Je wordt gekweld door het lot van de kwaadwillenden hierbeneden, terwijl je hun lot niet kent in de andere wereld?”

Waar komt dat vandaan dat je zo spreekt en dat je door de stromingen van het meer en door de storm heen en weer wordt geschud? Dat komt omdat Jezus slaapt, daarmee wil ik zeggen dat jouw geloof in Jezus in je hart ingeslapen is. Wat kun je doen om bevrijd te worden? Maak Jezus wakker en zeg tegen Hem: “Meester, wij gaan ten onder”. De onzekerheden van onze tocht over het meer maken ons ongerust; wij zijn verloren. Maar Hij zal wakker worden, dat wil zeggen dat je geloof weer in je terug komt; en met de hulp van Jezus, zul je in je hart nadenken en je zult merken dat het goede dat vandaag aan de kwaadwillenden gegeven is, niet zal blijven. Dit bezit zal hun ontsnappen gedurende hun leven of ze moeten dit achterlaten op het moment van hun dood. Voor jou, daarentegen, zal hetgeen je beloofd is, voor eeuwig blijven… Keer dus je rug naar hetgeen in duigen valt, en keer je gelaat naar hetgeen blijft. Wanneer Christus wakker zal worden, dan zal de storm je hart niet meer door elkaar schudden, de stromen zullen je boot niet meer overweldigen, omdat jouw geloof de winden en de stromen zal gebieden, en het gevaar zal verdwijnen. 

H. Augustinus (354-430)

bisschop van Hippo (Noord Afrika) en kerkleraar
Overweging over de psalmen, Psalm 25, nr 2 (vertaling uit het Frans evangelizo.org)

 Bron: https://dagelijksevangelie.org/NL/gospel/2024-06-23