Liturgie van het Woord van 15e zondag door het jaar B zondag 14-07-2024

 

eerste lezing: Am. 7, 12-15

Profeet ga naar mijn volk.

Uit de profeet Amos.

In die tijd zei Amasja (de priester van Bethel) tot Amos: “Ziener, u moet maken dat u wegkomt! “Verdwijn naar Juda en verdien daar uw brood maar met profeteren! Hier in Betel mag u niet meer profeteren want dit heiligdom is van de koning en dit gebouw van het rijk.” Amos gaf Amasja ten antwoord: “Ik ben geen profeet of lid van een profetengilde, ik ben veehoeder en vijgenkweker.

Maar de Heer heeft mij achter mijn beesten weggehaald en het is de Heer die mij gezegd heeft: Trek als profeet naar mijn volk Israël.”

  • Woord van de Heer. – Wij danken God.

tussenzang: Ps 85 (84), 9ab-10, 11-12, 13-14

Refrein:
Laat ons uw barmhartigheid zien,
geef ons uw heil, o Heer.

Aanhoren zal ik wat God tot mij zegt,
voorzeker een woord van verzoening.
Zijn heil is nabij voor hen die Hem vrezen,
zijn glorie komt weer bij ons wonen.

Als trouw en erbarmen elkaar tegemoet gaan,
als vrede en recht elkander omhelzen;
dan zal de trouw uit de aarde ontspruiten,
en ziet uit de hemel gerechtigheid neer.

Dan zal de Heer ons zijn zegen schenken
en draagt ons land rijke vrucht.
Dan zal voor Hem uit gerechtigheid gaan
en voorspoed zijn schreden volgen.

tweede lezing: Ef. 1, 3-14 of: 1, 3-10
In Hem heeft Hij ons uitverkoren vóór de grondlegging van de wereld.

Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Efeze.

Broeders en zusters, gezegend is God, de Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons in de hemelen in Christus heeft gezegend met elke geestelijke zegen.

In Hem heeft Hij ons uitverkoren vóór de grondlegging der wereld, om heilig en vlekkeloos te zijn voor zijn aangezicht. In liefde heeft Hij ons voorbestemd zijn kinderen te worden door Jezus Christus, naar het welbehagen van zijn wil, tot lof van de heerlijkheid van zijn genade. Hiermee heeft Hij ons begiftigd in de Geliefde, in wie wij de verlossing hebben door zijn bloed, de vergiffenis der zonden dankzij de rijkdom van zijn genade. Die heeft Hij ons meegedeeld als een overvloed van wijsheid en inzicht. Want Hij heeft ons zijn geheim raadsbesluit doen kennen, de beslissing die Hij in Christus had genomen ter verwezenlijking van de volheid der tijden: het heelal in Christus onder één Hoofd te brengen, alle wezens in de hemelen en alle wezens op aarde, in Jezus Christus.

  • Woord van de Heer. – Wij danken God.

vers voor het evangelie: Mt. 11, 25
Alleluia. Geprezen zijt Gij, Vader van hemel en aarde,
omdat gij de geheimen van het Koninkrijk aan kinderen
geopenbaard hebt. Alleluia.

evangelie: Mc. 6, 7-13
Hij begon hen uit te zenden.

Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus.

In die tijd riep Jezus de twaalf bij zich en begon hun twee aan twee uit te zenden. Hij gaf hun macht over de onreine geesten en verbood hun iets anders mee te nemen voor onderweg dan alleen een stok: geen voedsel, geen reiszak, geen kopergeld in hun gordel.

“Wel moogt ge sandalen dragen, maar trekt geen dubbele kleding aan.” Hij zei verder: “Als ge ergens een huis binnengaat, blijft daar tot ge weer afreist. En is er een plaats waar men u niet ontvangt en niet naar u luistert, gaat daar dan weg en schudt het stof van uw voeten als een getuigenis tegen hen.” Zij vertrokken om te prediken dat men zich moest bekeren. Zij dreven veel duivels uit, zalfden veel zieken met olie en genazen hen.

  • Woord van de Heer. – Wij danken God.

Nguồn: https://dionysiusparochie.nl/lectionaria/deel-b-door-het-jaar/15e-zondag-door-het-jaar-b/

Bezinning:  De missie van de Liefde

Ondanks mijn kleinheid voel ik de behoefte, het verlangen om voor U, Jezus, de meest heldhaftige werken te volbrengen. Ik zou graag over de aarde reizen, uw naam verkondigen en uw glorieuze kruis planten op ontrouwe grond, maar o mijn Geliefde, een enkele zending zou voor mij niet genoeg zijn; ik zou ook graag het Evangelie verkondigen in de vijf delen van de wereld en zelfs op de meest afgelegen eilanden. Ik zou niet slechts een paar jaar missionaris willen zijn, maar ik zou er een willen zijn sinds de schepping van de wereld en er een willen zijn tot aan de voleinding der eeuwen. O mijn Jezus, welk antwoord geeft U op al mijn dwaasheden? Is er een kleinere, machtelozer ziel dan de mijne! Maar zelfs vanwege mijn zwakheid heeft het U behaagd, Heer, om mijn kleine kinderlijke verlangens te vervullen en vandaag wilt U andere verlangens vervullen die groter zijn dan het universum. (…)

Liefdadigheid gaf me de sleutel tot mijn roeping. Ik begreep dat als de Kerk een lichaam had dat uit verschillende leden bestond, het niet ontbrak aan het meest noodzakelijke, het edelste van allemaal; ik begreep dat de Kerk een hart had en dat dit hart brandde van liefde. Ik begreep dat alleen de liefde de leden van de Kerk deed handelen, dat als de liefde zou uitdoven, de apostelen het evangelie niet meer zouden verkondigen, de martelaren zouden weigeren hun bloed te vergieten. Ik begreep dat de liefde alle roepingen omvatte, dat de liefde alles was, dat zij alle tijden en alle plaatsen omvatte, in één woord, dat zij eeuwig was. Toen riep ik in de overmaat van mijn uitzinnige vreugde uit: “O Jezus, mijn liefde, eindelijk heb ik mijn roeping gevonden, mijn roeping is liefde. Ja, ik heb mijn plaats gevonden in de Kerk en die plaats, o mijn God, is de Uwe. In het hart van de Kerk, mijn Moeder, zal ik liefde zijn; zo zal ik alles zijn, zo zal mijn droom in vervulling gaan”.

H. Theresia van het kind Jezus (1873-1897)
karmelietes te Lisieux, Kerklerares

Brief aan zuster Marie van het Heilig Hart 8/9/1896 (vertaling uit het Frans evangelizo.org)

Bron: https://dagelijksevangelie.org/NL/gospel/2024-07-14